harde werkers
iedere "lepel" is uniek

Lepelaars - Platalea leucorodia

De lepelaar, inmiddels weer wat vaker te zien op meerdere waterrijke locaties in Nederland.

Lepelaars waren nog niet zo heel lang geleden een echte zeldzaamheid in Nederland. Inmiddels worden ze vaker waargenomen. Ze foerageren op diverse plaatsen in Nederland waar laag water is (zonder spijkers), met name in het Waddengebied en de randmeren, Oostvaarders Plassen en Noord Holland huisvest er ook diverse.

Ooit waren er nog maar krap een stuk of 150 broedparen in Nederland te vinden en zag je ze bij wijze van uitzondering. In de Slufter op Texel hield een groepje het nog het langste uit. Inmiddels gaat de teller over de 2500 (anno 2016)...Nu er in Nederland op diverse plaatsen lepelaars voorkomen zijn ze ook relatief eenvoudiger waar te nemen in hun gedrag. Duidelijk zichtbaar is hoe zij hun voedsel vinden, door met hun snavel snel heen en weer te draaien in halve circels. hun snavel is uitgerust met uiters gevoelige zenuwen, hiermee vinden zij kleine visjes, kreeftachtigen en of waterplantjes zie ze eten..

Zoals duidelijk te zien op de foto's hebben de jongere dieren nog zwarte vleugeltips, dit in tegenstelling tot hun ouders. Deze laatste hebben nog wel een gele bef en witte afhangende kuif. Allen zijn voorzien van lange zwarte poten waarmee zij door het lage water op de moerasbodem zichzelf staande houden in het slib. In Nederland is de vogel het meest te zien op de voor de vogels relatief veilige plaatsen, verscholen in riet, bossage en of bomen, alwaar geen roofdieren komen zoals vossen. Voorheen was Nederland zo'n beetje het uiterste hoge noorden voor deze vogels, alhoewel inmiddels zie je steeds meer noordelijk verschijnen, er broeden zelfs al paren in Denemarken.

Om ze te fotgraferen is echt een sensatie, althans, vindt ik zelf...maar.. moet er bij opmerken dat ik veel onderwerpen in de natuur fotogeniek vind, mits de juiste omstandigheden zich voordoen. Daarmee bedoel ik licht en de rest, qua omgeving. Er is altijd wel iets te vinden in de natuur wat een foto waard is. Zelf heb ik altijd wat tijd nodig om de inspiratiemotor op gang te krijgen. Zodra die eenmaal loopt komt er van allerlei moois uit.. Bij alle weersomstandigheden kun je mooie foto's maken in ieder jaargetijde.. alleen.. je moet je wel (kunnen) zien. Ik heb altijd wel een uurtje nodig alvorens de natuur begint te "praten".. Je moet je hoofd vrij hebben om echet inspiratie te krijgen. Thuis kun je al mooie ideeën uitwerken, vervolgens op pad gaan om ze uit te voeren. Ook kun je gewoon gaan en zien wat er op je pad komt. Dat zijn twee totaal verschillende manieren van werken. In beide kun je mooie resultaten bereiken. De thuis bedachte ideeen zijn vaak wat constructiever en opnieuw te genereren.

Dessalniettemin, om terug te komen op de prachtige lepelaars.. Ze nemen een soort van veilige barriere in acht en zijn daardoor niet heel dicht te naderen, mits je ze weet te vinden via een beschutte observatiepost waardoor ze niet verstoord worden.

Lukt het je uiteindelijk om ze van relatief korte afstand voor de (lange) lens te krijgen, dan.. is dat sensatineel, het zijn nu eenmaal geen alledaagse vogels. Wij kennen ze allemaal wel, maar de meeste omdat het nu eenmaal een heel bijzondere unieke zeer herkenbare vogel is. Dat maakt dat iedereen de vogel wel kent, maar velen hem nooit zien, laat staan op korte afstand.. Lukt het je, dan, chapeau! Genieten geblazen! Neem je tijd, en geniet van he moment.. de kans dat jet snel weer gebeurd is niet zo groot. Alles moet kloppen namelijk.. zelf moet je in de gelegenheid zijn, de vogels moeten op de juiste plek zijn het weer moet kloppen, kortom, veel variabelen..

Lepelaar - Platalea leucorodia

De lepalaar is natuurlijk direct herkenbaar aan zijn snavel die er uit ziet als een flinke pollepel. Deze lange zwarte snavel is aan het eind voorzien van een gele vlek. De snavel is uniek in de vogelwereld, maar ook uniek onder de lepelaars, iedere snavel heeft zijn eigen unieke kenmerk, net zoals onze vingerafdruk.


Wanneer waar?

Eind van de zomer staat in de Oostvaarders Plassen jaarlijks een groep lepelaars samen met hun redelijk volgroeide jongen. In dit gebied doen zij zich te goed aan voedsel. De jongen die inmiddels net zo groot zijn als hun ouders worden hier nog gevoerd. Vanaf hier stijgen zij gezamenlijk op en vliegen naar West Afrika. De meeste maken een tussenlanding in zuid Europa zoals Spanje, aldaar rusten zij uit, eten weer bij en vervolgen hun reis.